1965 mei 20 |
Een stencil aan de pers kondigt het blad PROVO aan >> In plaats van het aangekondigde blad verschijnen er echter voorlopig slechts pamfletten. PROVOKATIE nr. 1 “Goed dat er politie is?”, is een parodie op wervingsadvertenties voor de politie en toont een knuppelende agent. PROVOKATIE nr. 2 trekt meer de aandacht: onder het motto “Claus von Amsberg, Persona Non Grata” wordt de nazi-achtergrond van de verloofde van prinses Beatrix uit de doeken gedaan. Tijdschriftverkoper Olaf Stoop wordt door de AKO ontslagen omdat hij de pamfletten verspreidt door ze in de ochtendkranten te steken. PROVOKATIE nr. 3 is gesierd met portretten van Carlos Hugo (“bewonderaar van de fascist Franco”), Claus (“ex-lid van de Hitler-Jugend”) en Bernhard (“ex-lid van de Reiter-SS”) onder het motto “Wie van de drie is de grootste demokraat?” Verschillende mensen worden bij het verspreiden en plakken ervan gearresteerd. PROVO 1 verschijnt. Het armzalig gestencilde en in een oplage van 500 exemplaren uitkomende blad bevat o.a. een “Inleiding tot het provocerend denken” van Roel van Duyn >> en een herdruk van “De Practische Anarchist”, een brochure uit het begin van de eeuw met recepten voor explosieven als ravacholine,meliniet, plancastiet en Rac a Roc. In een nawoord voegt PROVO hier aan toe: “Om de lezer meteen in de stemming te brengen bieden we hem hierbij een kleine ontploffer aan. Leg deze bladzijde van PROVO op een harde ondergrond, sla vervolgens met een hard voorwerp de ontploffer op de kop. De knal en de geur alleen al zullen voldoende zijn om een onverhoopte bourgeois-lezer tot een overtuigd anarchisties terrorist te maken”. Aan de pagina is met een stukje plakband een klappertje gehecht. Van dergelijke grappen zijn de autoriteiten niet gediend. Inbeslagname, huiszoeking en arrestaties volgen. |
“PROVO voelt zich voor de keus gesteld: Desperaat verzet of lijdzame ondergang. PROVO roept op tot verzet waar het kan. PROVO ziet in dat het de uiteindelijke verliezer zal zijn, maar de kans deze maatschappij nog eenmaal hartgrondig te provoceren wil het zich niet laten ontgaan. PROVO beschouwt het anarchisme als inspiratiebron voor het verzet. PROVO wil het anarchisme vernieuwen en het onder de jeugd brengen.” “Wij zijn doordrongen van de uiteindelijke zinloosheid van onze daden, we geloven graag dat noch Johnson noch Kosigyn naar ons zullen luisteren en juist daarom zijn wij vrij in wat we doen. We zien in dat een demonstratie geen uiteindelijke zin heeft; juist daarom gaat het erom van die demonstratie zelf alles te maken wat ervan te maken valt, anders immers zou die demonstratie niet alleen objektief maar ook subjektief, niet alleen absoluut maar ook relatief zinloos zijn. Wij durven te zeggen: demonstreer om te demonstreren! provoceer om te provoceren! verzet om het verzet!” "Onze norm is slechts: laat ieder de strijd tegen de buitenwereld in naam van zijn eigen bestaan tot het uiterste voeren.” |
1965 (juli) 28 aug. 7 14 28 |
Onmiddellijk
verschijnt PROVOKATIE nr. 4: “Persvrijheid? PROVO in beslag genomen!" PROVOKATIE nr. 5 is gericht tegen het oprukkende autoverkeer in de binnenstad en draagt de naam “Provo‘s Fietsenplan”. >> Bij de wekelijkse zaterdagavondhappening van Robert Jasper Grootveld (klik hier) op het Spui wordt het pamflet uitgedeeld en een fiets wit geschilderd. De politie, altijd bereid de onbelemmerde doorgang van het autoverkeer te verzekeren, grijpt in. De witte fiets wordt in beslag genomen wegens het ontbreken van een slot. De daaropvolgende zaterdagen is het extra druk rond het Lieverdje. Ook de politie is paraat en slaat een enkele provo maar ook de nodige omstanders in elkaar. Als twee provo’s, ondanks de al vooraf klaarstaande politieafzetting, een bosje bloemen aan de voeten van het Lieverdje willen leggen worden zij door de politie-macht besprongen en met veel geweld afgevoerd voor de verbaasde ogen van het honderdkoppig publiek. De rel die daarna uitbreekt leidt tot een massaal politie-optreden tegen de omstanders, waardoor er heel wat in één klap tot provo-sympatisant worden. PROVO 2 verschijnt. Oplaag 2100 exemplaren. |
Klik op de afbeelding om hem te vergroten |
(aug.) 4 |
Artikelen over
‘autoterreur’, de Sade en veel aandacht voor verslagen en foto‘s van
happenings. Ook wordt nu decentralisatie van de happenings aangekondigd:
al op 14 augustus heeft een enkele provo gelijktijdig met de happening
op het Spui bloemen gelegd bij het standbeeld van Domela Nieuwenhuis op
het Nassauplein. De decentralisatie wordt voortgezet: de eerste van een reeks anti-koloniale happenings bij het monument voor van Heutsz (Nederlands koloniaal moordenaar nr. 1) vindt plaats. Maar ook de wekelijkse happenings op het Spui (of de pogingen daartoe) blijven doorgaan. De medewerking van de politie is royaal te noemen PROVO 3 verschijnt. Oplaag 2300, Vanaf nu worden in PROVO regelmatig nummerborden van recherche-auto’s en dergelijke informatie gepubliceerd. De politie gaat over op een andere tactiek: minder slaan, meer arresteren. In de politieauto’s en op de bureau’s wordt er, buiten het gezicht van pers en publiek, overigens nog flink op los geslagen. Rechtbanken veroordelen de arrestanten voor vergrijpen als het belemmeren van het verkeer, het beledigen van het gezag en het geven van vertoningen op de openbare weg tot hechtenisstraffen oplopend tot acht weken Resultaat blijft uit. PROVO 4 verschijnt, oplaag 5000. De oplaag van PROVO zal blijven stijgen en op een gegeven moment tot tegen de 20.000 exemplaren oplopen. Politierechter Romke de Waard past een nieuw middel toe: hij verbiedt zeven arrestanten voor de tijd van drie jaar het Spui te betreden. Hij maakt zich nogal belachelijk door over het hoofd te zien dat één van de arrestanten op het Spui woont. |
Wereldkroniek,
Jaargang 71, nr. 34:
Omstreeks middernacht zitten wij in een café op het Amsterdamse Spui. Het is het uur, waarop anti-rookmagiër Rob Jasper Grootveld weer een van zijn traditionele ‘happenings’ zal houden. Als wij buiten plotseling het geluid van joelende mensen horen, staan wij van onze tafel op om te gaan zien wat er aan de hand is. Buiten is een grote menigte verzameld rond het Lieverdje, dat met witte verf wordt besmeurd; de politie kan dit inderdaad moeilijk dulden. Er staan ongeveer drie- tot vierhonderd mensen. Het zijn bepaald niet allemaal jonge mensen, maar ook veel ouderen, sommigen gearmd, wandelaars die stil staan bij het gebeuren of mensen, die uit de omliggende cafés zijn gekomen. Het beeld heeft een soort hoge hoed op, waarop het woord Provo staat. Aan de voet van liet beeld liggen een paar brandende kranten. Een jongeman met een soort fakkel danst om het beeldje heen als een indiaan uit een spannend boek voor de jeugd. Er zijn reeds enkele agenten aanwezig. Een van hen, die met twee collega’s bij liet beeld staat, begint opeens zonder meer met zijn gummiknuppel op de jongen in te slaan. Zo goed en zo kwaad als dat gaat, probeert de jongeman de slagen te pareren niet zijn fakkel. Het is een gek gezicht en een Amerikaanse toerist juicht met beide handen omhoog ,olé!’ en dergelijke. In een hand houdt hij de bekende reisgids ,Europe on $5 a day!’ Dan schieten de andere twee agenten te hulp. Van achteren overmeesteren ze de jongeman, slaan hem naar het midden, dwingen hem de fakkel neer te gooien en het vuur uit te trappen. Daarna wordt hij ruw in de gereedstaande politieauto gesleurd. De eerste agent is blijkbaar nog niet van zijn woede bekoeld, want uit het weer opgelaaide vuur pakt hij nu de fakkel, loopt er mee naar de auto, opent daarvan liet portier en duwt de jongeman., die op de achterbank zit, de brandende fakkel in zijn gezicht! Dit gaat te ver. De omstanders beginnen te joelen. Iedereen schreeuwt. Mensen, voor wie dit tafereel blijkbaar een herinnering is aan de oorlog, roepen ,SS!’ en ,Fascisten!’ |
nov. 18 |
De BASTAARD-GROEP
scheidt zich af van Provo. Zij willen een radicalere opstelling en staan
afwijzend tegenover de door Provo eerder gevoerde bespreking met
hoofdcommissaris van der Molen en het aanvragen door Robert Jasper
Grootveld van een vergunning voor “het bezweren van de geesten”. (Deze
bespreking en aanvraag leiden overigens –zoals te voorspellen– tot
niets: de autoriteiten zijn niet geïnteresseerd in het voorkomen
van geweld, zij willen slechts een einde maken aan de manifestaties van
onvrede.) PROVO 5 verschijnt. Een “oranje-nummer”. De BASTAARD-GROEP roept op tot een demonstratie op Kerstdag bij het Amerikaanse consulaat tegen de USA-interventie in Vietnam. De oproep wordt mede ondersteund door Provo. Demonstranten dringen het consulaat binnen, een Amerikaanse vlag wordt verbrand en een nieuw Provo-wapen beleeft zijn primeur: de rookbom. Het “Provo Oranje-Komitee De Parel van de Jordaan” wordt opgericht met als doel “het aanbieden van een anti-geschenk” op de trouwdag van Beatrix. Het voorgenomen huwelijk van de kroonprinses met een Duitser die in de Hitler-legers gediend heeft wekt de ergernis van heel wat mensen. Hoewel iedereen kan begrijpen dat een kamermeerderheid het huwelijk zal goedkeuren (waarom is anders de PvdA in de regering gehaald ?) leiden de debatten rond de verloving er wel toe dat de monarchie als staatsvorm voor het eerst sinds lange tijd weer in discussie komt. Door mensen die spandoeken met teksten als “Geen monarchie maar Republiek” omhoog houden te arresteren en te berechten zien de autoriteiten kans ook de vrijheid van meningsuiting in de discussie te betrekken. En door er op te staan dat het huwelijk in Amsterdam plaatsvindt (waarvoor, anders dan bij een kroning, geen wettelijke noodzaak bestaat) weet de regering zelfs de meest gematigde tegenstanders in het harnas te jagen. |
Wereldkroniek,
Jaargang 71, nr. 34:
Vuistlagen voor vrouw Er komen meer politieauto’s. De omstanders blijven roepen en schreeuwen. Plotseling blijkt dat zich onder het publiek politiefunctionarissen in burger bevinden. Vlak naast mij wordt namelijk een man, die met de anderen luidkeels protesteert, door enkele ,omstanders’ beetgepakt en tegen de grond gesmakt. Een van de mannen schopt de bril van zijn gezicht en samen beginnen ze hem naar het midden te trekken. Als dit niet erg vlug gaat, omdat de man zich hevig verzet, schieten twee agenten toe en slaan uit alle macht met hun gummiknuppels op de op de grond liggende man in. Zijn vrouw, die dit ziet, loopt er naar toe om te beletten dat haar man geslagen wordt. Ze roept dat hij er niets mee te maken heeft. De man zat namelijk ook oorspronkelijk gewoon in een café. Maar een van de agenten geeft haar een aantal vuistslagen in liet gezicht. Bloedend wordt ze onder de hoede van enkele omstanders uit het tumult gehaald. Ondertussen wordt de man over een afstand van ongeveer 60 meter over de grond gesleurd, terwijl agenten doorgaan hem te slaan met gummiknuppels. Hij gilt het uit van de pijn. Ook als hij op de achterbank van de auto is geduwd, wordt er nog met gummiknuppels en vuisten op hem ingeslagen. Daarna lijkt het even of alles weer rustig zal gaan worden. De agenten verdwijnen van het toneel. Maar nauwelijks zijn ze weg, of jongelui beginnen opnieuw vuurtjes te maken rond het beeld. Weer verschijnt de politie. Het zijn er nu meer. Er wordt opnieuw ingeslagen op het publiek, dat zich op de hoek van de Spuistraat bevindt. Een Provo wil een van hun zogenoemde ,witte fietsen’ naar liet beeld brengen, maar deze wordt hem afgenomen door een agent, die met de fiets als wapen en als schild wegloopt. Bij deze manoeuvre verliest hij zijn pet, die direct door enkele burgers wordt gepakt. Er worden nog enige arrestaties verricht, maar de chaos is zo groot dat het niet meer duidelijk is wat er precies gebeurt. |
(jan.) 25 |
PROVO 6 verschijnt. Terwijl burgerlijke comités handtekeningen verzamelen en iedereen oproepen weg te blijven op de dag van het huwelijk, werpt het Oranje-komitee De parel van de Jordaan zich op het lanceren van ‘witte geruchten’. Het gerucht dat Provo de bruidsstoet door middel van verfkanonnen met een oranje feestkleur zou overdekken leidt tot tientallen huiszoekingen in panden langs de route; het gerucht dat Provo op 10 maart LSD in het drinkwater zal doen om de feestvreugde te verhogen leidt tot scherpe bewaking van de drinkwatervoorzieningen (en wellicht tot het gehaast aannemen van een wet waardoor LSD –tot dat moment niet bij wet verboden– tot gevaarlijke en verboden drug wordt verklaard). Naarmate de huwelijksdag nadert worden de autoriteiten nerveuzer: je weet het maar nooit met die provo’s. De vele voorzorgsmaatregelen en de pogingen actievoerders door huiszoekingen en arrestaties monddood te maken zorgen er voor dat Amsterdam op een bezette stad begint te lijken. PROVO 7 verschijnt. Van alle Provo-publicaties worden exemplaren in beslag genomen. Boekhandels worden door de politie geïntimideerd als ze PROVO verkopen en aanhoudingen wegens het uitdelen van pamfletten of het op straat verkopen van PROVO vinden voortdurend plaats. |
Wereldkroniek,
Jaargang 71, nr. 34:
Provocatie Opnieuw verdwijnt de politie. En opnieuw worden de vuurtjes door inderdaad provocerende Provo’s aangestoken. Ook de pet van de politieagent moet het nu ontgelden. Hij wordt in het vuur gegooid en onder luid gejuich met behulp van een paraplu op het hoofd van het Lieverdje gezet. Mensen, die er vlak bij staan, komen terug in de rijen publiek en roepen: ,,De pet, de pet brandt!’’ Een opgeschoten jongen zegt veelbetekenend tegen een man in liet publiek: ,,Wij weten de naam van de agent.. Hij heet Lankhaar. Het staat in zijn pet. Hij heeft maat 57!’’ Voor de zoveelste keer verschijnt de politie. En ruimt het hele plein schoon. De broek van de zo net nog zo enthousiaste Amerikaan moet liet ontgelden. Een vallende agent rukt de pantalon in twee stukken. De Amerikaan protesteert en dreigt luidkeels met ,the American Ambassador!’ . . . etc. Het merendeel van de mensen vlucht nu de Nieuwe Zijds Voorburgwal op, achterna gezeten door politieauto’s en agenten te voet. Er klinkt zelfs een schot. Een der agenten heeft in de lucht geschoten, zo wordt ons verteld. Een uur later is alles weer rustig op het pleintje. Een paar smeulende hopen krantenpapier zijn de enige stille getuigen van het afschuwelijke tafereel, dat zich op deze zomerse zaterdagavond had afgespeeld voor het oog van naar schatting 500 mensen, van wie een groot gedeelte afkomstig was van de om het plein liggende terrassen en cafés. Er zijn die avond in het totaal 7 arrestaties verricht. De vrouw, die door een der agenten was geslagen, vertelde ons nog, dat zij later naar liet bureau Singel was gegaan om naar de toestand van haar man, een kunstenaar, te informeren en te vragen of zij dan tenminste de huissleutel kon krijgen, die haar man hij zich had. Zij werd echter op onbeschofte manier weggejaagd, terwijl jongere agenten haar woedend mimet de gummiknuppel bedreigden. Zij is voornemens een aanklacht in te dienen, vooral ook wegens de kneuzingen die zij in haar gezicht opliep. |
mrt. 10 |
15.000 militairen, 5000 marechaussees, 3000 Amsterdamse politieagenten, 1700 man rijkspolitie, 2500 man beveiligingsdienst Koninklijk Huis en 361 BVD-agenten staan paraat om de huwelijksstoet te bewaken. De voorbereidingen van Provo zijn miniem: er is opgeroepen tot een demonstratie vanaf het beeld van de Dokwerker en er is –met de nodige moeite– gezorgd voor een aantal rookbommen, die op het laatste moment klaar zijn en uitgedeeld worden. Terwijl de politie tracht de demonstranten bij de route vandaan te houden mengen individuele provo’s zich onder het schaarse publiek langs de weg waar de stoet zal passeren. Zonder veel planning of coördinatie zien zij kans hun anti-vuurwerk zo te plaatsen dat het zelfs voor de slaafse TV niet mogelijk is de rookwolken buiten beeld te houden. Terwijl op die manier (en door luide spreekkoren) de bezwaren tegen de monarchie voor de hele wereld duidelijk worden gemaakt (en de BVD zich ongetwijfeld realiseert dat het ook om echte bommen had kunnen gaan) worden de straten in het centrum door de politie ‘schoongeveegd’. Met enige verbazing ziet de internationale pers hoe tot laat in de avond iedereen die zich op straat waagt wordt neergeknuppeld. De TV houdt de rellen zorgvuldig buiten beeld en ook de meeste kranten bagatelliseren de omvang en aard ervan. De enige getuigen die zich waarschijnlijk noch over de houding van de politie, noch over die van de pers verbazen zijn de provo’s: zij kennen het klappen van de bullepees zo langzamerhand wel. Het is dan ook niet Provo maar een groep studenten en kunstenaars die in de dagen na het huwelijk het initiatief nemen tot een fototentoonstelling over het politieoptreden van 10 maart. |
|
(mrt.) 26 |
Terwijl politici van praktisch alle
partijen pleiten voor onmiddellijke opsluiting van provo’s (na
kaalschering) in werkkampen en de pers, van De Telegraaf tot Het Vrije
Volk, probeert te redden wat er nog te redden valt, >> begint Provo nu voor het eerst ook enige steun te krijgen. Een kleine groep linkse studenten, jonge communisten en jonge radicaal-socialisten vormt samen met Provo het Komité 19.3.66. Dit comité vraagt bij van Hall toestemming voor een demonstratie op 26 maart met als leuzen o.a. “Van der Molen weg”, “Sanering Politie” en “Van Hall met vakantie”. De burgemeester weigert de toestemming voor 26 maart, maar zegt toe dat indien de afkoelingsperiode niet doorkruist wordt er 2 april een demonstratie gehouden kan worden. Provo roept op tot een”absentiehappening” op de 26ste. Het is die zaterdag inderdaad erg rustig op het Spui. Van Hall laat echter weten toch geen toestemming te geven voor een demonstratie op 2 april: de aangemelde leuzen kunnen volgens hem niet door de beugel. Het Komité 19.3.66 weigert de leuzen te veranderen en ontbindt zich daarna, omdat de meeste leden niet betrokken willen raken bij een ‘verboden demonstratie’. Provo en Socialistiese Jeugd vragen vervolgens toestemming voor een demonstratie op 4 april met de belachelijke leuzen: “Demokratie”, “Vrijheid van Meningsuiting” en “Recht op demonstratie”. Opnieuw trapt de overheid in een provocatie: van Hall, die kennelijk ook deze leuzen ‘opruiend’ vindt, geeft geen toestemming. Provo geeft dan PROVOKATIE nr.13 uit, een pamflet waarin wordt opgeroepen tot individueel protest en een demonstratie op 2 april. |
“Men schrijft boekjes. Men organiseert
tentoonstellingen. Men toont aan dat de verkeerde klappen heeft
opgelopen. Men draait films van slaande agenten. Op die manier hoopt men
de politie en daarmee het gezag in een kwade reuk te brengen. Vooral bij
de jongelui. En met het gezag uiteraard ook de vrijheid en de
democratie. Want die kunnen zonder gezag niet bestaan. Een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van enkele maanden, na een bliksemsnelle berechting, is het beschikbare middel om deze uitdaging het hoofd te bieden. Er zijn voldoende foto’s van de daders gemaakt om trefzeker te kunnen optreden. Wij zijn er van overtuigd dat een dergelijk vastberaden optreden tot de noodzakelijke afkoeling zal bijdragen. Straatterreur van welke kant ook is volkomen onduldbaar in Nederland.” Redactioneel commentaar in 'sociaal-democratisch' dagblad Het Vrije Volk, 21-3-1966. |
apr. 2 |
Hans Tuynman overhandigt de oproep tot demonstratie aan twee agenten. >> Die blijken nog nooit van het verschijnsel 1-april-grap gehoord te hebben: Tuynman wordt gearresteerd. De verboden demonstratie wordt meerdere malen door de politie uiteengejaagd (hoewel met minder geweld dan gebruikelijk) maar weet toch het eindpunt op het Museumplein te bereiken. Na Hans Tuymnan worden nu ook andere bekende provo’s gearresteerd. Zij worden verantwoordelijk gesteld voor een artikel in PROVO 7 waarin wordt opgeroepen de IJ-tunnel op te blazen. Dat die tunnel nog gebouwd moet worden schijnt de misdaad niet minder erg te maken. PROVO 8 verschijnt. Bij de wekelijkse Spui-happening wordt een poging gedaan een oproep voor een demonstratie tegen de Vietnam-oorlog voor te lezen. Arrestaties volgen. De volgende dag wordt de eerste ‘demonstratieve wandeling’ tegen de Amerikaanse Vietnam-politiek gehouden. Vanaf nu zal door de AKTIE-GROEP VIETNAM iedere derde zondag van de maand een stille demonstratie van het beeld van Domela Nieuwenhuis naar het Amerikaanse Consulaat worden georganiseerd. De deelnemers gebruiken de trottoirs en houden zich aan de verkeersregels. Er wordt geen toestemming gevraagd. In de komende maanden zal het aantal demonstranten aangroeien tot duizenden, het aantal arrestaties houdt gelijke tred. |
|
Louis Sinner Provo’s en Justitie, l966.
Harry Mulisch Bericht aan de Rattenkoning, 1966.
Hans Tuynman Full-time Provo, 1966.
F.E. Frenkel e.a. Provo, Kanttekeningen bij een Deelverschijnsel, l966.
Roel van Duyn Het Witte Gevaar, 1967.
Dick P.J. van Reeuwijk D'Amsterdamse Extremisten, l965.
Ronald Segal De Wosteling met het Verleden, l97l.
Henk J. Meier Dit hap-hap-happens in Amsteram, l966.
Hans Ramaer (red.) De Piramide der Tirannie, 1977.
Wim Beeren (red.) Actie, Werkelijkheid en Fictie in de Kunst van de Jaren ‘60 in Nederland, 1979.
Wim Hazeu Wat Niet Mocht...., 1972.
En verder van kranten- en tijdschriftartikelen, PROVO-publicaties en documentatie uit persoonlijke archieven.